Hoe verloopt een bevalling

Meestal begint de bevalling met weeën, maar het kan eerst ook nog loos alarm zijn.

Loos alarm ‘harde buik’

Als je in de laatste maanden van je zwangerschap bent, heb je het misschien al eens gevoeld: je baarmoeder trekt soms even samen. Hoe verder je bent, hoe meer dat kan gebeuren. Het komt door hormonen en wordt ‘harde buik’ genoemd. Het kan een vervelend gevoel zijn. Maar de meeste vrouwen voelen het niet eens. De samentrekkingen zijn geen (voor) weeën, en ze kondigen nog niet de bevalling aan.

De volgende tekenen duiden er meestal op dat de bevalling nog niet begonnen is:

  • Harde buiken komen onregelmatig- ze kunnen lang zijn of heel kort
  • Harde buiken worden niet steeds sterker en komen niet steeds sneller op elkaar
  • Lopen maakt harde buiken niet sterker
  • Harde buiken verdwijnen als je gaat liggen
  • Harde buiken voel je meestal bovenin je baarmoeder

Het echte begin

Meestal begint de bevalling met weeën. Soms doen die weeën meteen al pijn en volgen ze elkaar al snel op. Maar meestal zijn ze in het begin nog kort, onregelmatig en niet zo pijnlijk. Vaak kun je gewoon doorgaan met waarmee je bezig bent. Hooguit zul je af en toe even stilstaan omdat je iets voelt. Deze ‘voorweeën’ maken de baarmoedermond alvast soepeler.

Als de weeën om de 5 minuten komen, dan lijkt het erop dat de bevalling toch echt gaat doorzetten.

Om te kijken of de bevalling echt begonnen is, let de verloskundige op je weeën en voelt naar de baarmoedermond met een inwendig onderzoek.  Zo krijgen we een goede indruk over de fase van je bevalling. Heel vroeg in de bevalling is het voor de verloskundige ook wel eens moeilijk om te beoordelen of je echt begonnen bent. Geen nood: een paar uur later weet je het zeker! De bevalling kan zich ook aankondigen met het breken van de vliezen. Ook dan zijn sterke weeën nodig om de baarmoedermond open te maken. Ze beginnen meestal binnen 24 uur na het breken van de vliezen.

Vliezen breken

Mocht het nu zo zijn dat als eerste de vliezen breken, zonder dat je weeën hebt? Dat kan natuurlijk ook. Op het moment dat dit gebeurt, moet je ons altijd even bellen, ook ’s nachts.

Kenmerkend voor het breken van de vliezen is dat je onderbroek/broek meestal aardig nat is, alsof er een kopje water over is gegoten. Daarna blijft het ook steeds in beetjes lopen. Doe dan even een (kraam)verbandje in. Vruchtwater is normaliter helder, kleurloos zoals kraanwater en  soms wat rozig of gemengd met wat witte vlokjes. Wanneer het vruchtwater geel/groen/bruin is lijkt het erop alsof de baby in het vruchtwater heeft gepoept. Je moet dan altijd contact met ons opnemen.

We zullen je vanaf 37 weken ook altijd vertellen of de baby is ingedaald. Mocht dit niet het geval zijn, dan adviseren we je om meteen te gaan liggen nadat de vliezen zijn gebroken. Er is dan een kleine kans dat de navelstreng voor het hoofdje van de baby gaat zitten. Door te gaan liggen, kun je dit voorkomen.

Twijfel je of je vliezen zijn gebroken? Probeer dan altijd wat van het vocht op te vangen. Dit kan in een verbandje of als het wat meer is eventueel in een potje. Je moet ons dan ook altijd bellen!

Zijn je vliezen gebroken en heb je nog geen weeën? Dan hebben we 24 uur de tijd om af te wachten of de weeën gaan starten

De bevalling zet door…

Weeën

Een wee is een samentrekking van de baarmoederspier. Het voelt als een soort kramp in je onderbuik die langzaam opkomt, erger wordt en dan weer afzakt. Je kunt zo’n wee vergelijken met een golf die aanspoelt op het strand. In het begin voel je de pijngolf aan komen rollen. Net voor de golf omslaat, is de pijn het hevigst. Daarna trekt de golf terug en voel je de pijn weer minder worden.

Tussen de weeën door is er rust in je buik. De weeën worden sterker, komen vaker en regelmatiger en doen meer pijn naarmate de bevalling vordert.

Sommige vrouwen vinden de pijn van de weeën goed te verdragen. Andere vrouwen vinden het niet uit te houden. De meeste vrouwen hebben tijdens de weeën vooral pijn in hun buik. Maar er zijn ook vrouwen die de pijn vooral in hun rug en/of hun benen voelen. Soms kan de pijn van plaats wisselen. Rugweeën doen volgens sommige vrouwen meer pijn dan buikweeën.

Ontsluitingsweeën

De ontsluitingsweeën zorgen ervoor dat je baarmoedermond ver genoeg open gaat staan (10cm) om de baby geboren te laten worden. Dat wordt  ‘ontsluiting’ genoemd. Voor de ontsluiting zijn sterke weeën nodig. Ze duren langer (1-1,5 minuut) dan voorweeën en komen regelmatig, zo om de 3 tot 5 minuten. Je voelt ze als een pijnlijke kramp door je hele bekkengebied. De een voelt ze meer in de buik, de ander in de rug. Sommige vrouwen voelen ze (ook) in hun benen. De weeën worden krachtiger en pijnlijker naarmate de ontsluiting vordert. Tijdens de laatste centimeters ontsluiting (8-10cm) zijn ze het heftigst. Dit is voor veel vrouwen een moeilijke periode. Gelukkig is het eind in zicht! De verloskundige controleert via inwendig onderzoek hoeveel centimeter ontsluiting je hebt.

Inwendig onderzoek

Wanneer je weeën hebt en de bevalling begonnen is, word je getoucheerd door de verloskundige. Dit gebeurt meestal tussen twee weeën in, omdat het dan het minst gevoelig is. Bij het inwendig onderzoek gaat de verloskundige met haar wijs- en middelvinger de vagina in. Zij gaat dan op zoek naar de baarmoedermond om te voelen of die al dan niet verstreken is en of er al ontsluiting is.

Je gaat in je blote billen op de onderzoeksbank (of op bed) liggen. De verloskundige doet handschoenen aan en doet hier wat glijmiddel op. Zij zal je ook uitleggen wat ze gaat doen.

Probeer je zo slap mogelijk te houden van onderen. Als je het gevoel hebt dat je ergens mee moet knijpen, doe dat dan met je handen en niet met je benen.

Als eerste worden je schaamlippen geopend. Dan komt de verloskundige heel voorzichtig met 1 vinger een stukje naar binnen. Als je dat kunt hebben, zal ze pas de tweede vinger in de vagina brengen. Dan gaat ze met beide vingers steeds iets dieper tot ze de baarmoedermond voelt.

De verloskundige of arts controleert op deze manier niet alleen hoeveel ontsluiting er is, maar controleert zo ook de positie van het hoofdje van je baby.

Vliezen breken

De vliezen breken meestal pas na een tijd weeën. Dat is ook goed, want de vliezen en het vruchtwater beschermen de baby en helpen mee om je baarmoedermond open te maken door de druk die ze geven. Als de vliezen nog niet spontaan zijn gebroken, breekt de verloskundige ze pas aan het eind van de ontsluiting. Of soms eerder, als de weeën afzwakken of als je ontsluiting onvoldoende doorzet. Dat doet geen pijn, je voelt alleen een beetje warm water lopen. Ook daarna maak je steeds opnieuw vruchtwater aan, zodat je kindje nooit ‘droog’ ligt. Door de vliezen te breken, stimuleer je de baarmoeder extra. Doordat het water afloopt is de baarmoeder minder gevuld en kan makkelijker samen trekken. Daarbij wordt het weeënhormoon oxytocine extra gestimuleerd.

Houdingen

Je kunt in de houding die je wenst bevallen, ook in het ziekenhuis. Heb je voorafgaand aan de bevalling al een voorkeur voor de baarkruk of een andere pershouding (handen en knieën, half zittend, gehurkt)? Geef dit dan aan. Daarnaast kun je ook in bad gaan ter ontspanning en je kunt in bad  bevallen.

Pijnstilling

Gaat het niet goed met het opvangen van de weeën en kun je de pijn niet meer verdragen? Dan is er in het ziekenhuis medicamenteuze pijnstilling mogelijk. In de folder over pijnstilling van de KNOV/de verloskundige lees je meer over de verschillende mogelijkheden.

Persweeën

Als je genoeg ontsluiting hebt om je kindje geboren te laten worden, gaan de ontsluitingsweeën over in persweeën. De verloskundige zal meestal eerst een inwendig onderzoek doen om zeker te weten of de ontsluiting volledig is. Door de grote opening van je baarmoedermond is het hoofdje naar beneden gezakt. Op het hoogtepunt van de wee voel je dan een drang om te drukken. Dit is een beginnende persdrang. Je kunt het niet tegenhouden. Het geeft aan dat de baby naar buiten kan. De persweeën komen meestal om de 5 minuten. Belangrijk is dat de baby voldoende is ingedaald. Wanneer dit nog niet het geval is, is het belangrijk om te blijven zuchten. Het lichaam geeft een reflex af zodra de baby diep genoeg is ingedaald. Deze reflex zorgt ervoor dat je lichaam uit eigen kracht gaat persen.

Meepersen

Het einde is in zicht. Goede persweeën (reflex) doen al veel werk. Je mag nu actief mee gaan persen. Pers tijdens een perswee met al je kracht mee richting je vagina en anus. Alsof je moet poepen. In het begin voel je niet altijd waar je naartoe perst. Maar als het hoofdje dieper komt, wordt het duidelijker hoe je zo’n perswee kunt gebruiken om mee te persen. Gemiddeld pers je bij een eerste kindje zo’n 60 minuten. Het is dus niet gek als we niet meteen iets van een hoofdje zien. Vaak merk je in het begin nog niet zo goed hoe je moet persen en of het vooruit gaat, maar je verloskundige helpt je hierbij.

Een knip

Een knip wordt alleen op indicatie gezet, bijvoorbeeld als de baby in nood is of er te weinig ruimte is. Je krijgt altijd een verdoving voor het zetten van de knip en als er gehecht moet worden. Ook thuis heeft de verloskundige alle materialen bij zich.

 De baby wordt geboren

Als het hoofdje bijna naar buiten komt, voel je het aan de onderkant tussen je vagina en anus uitrekken. Dat kan een pijnlijk, brandend gevoel zijn. Een koude of warme washand tegen je bekkenbodem helpt. De verloskundige geeft aan wat je kunt doen om te voorkomen dat je inscheurt.

Als het hoofdje geboren is, begeleidt de verloskundige je kind verder naar buiten. Soms kun en mag jij of je partner het kindje zelf aanpakken. Je hoeft dan meestal niet meer hard te persen, het lijfje volgt snel. De baby wordt snel op jouw (liefst blote) buik gelegd.

De baby wordt afgedroogd en onder lekker warme doeken gelegd of jouw buik. Als alles goed gaat met de baby, laten we die de eerste uren daar lekker liggen.

Doorknippen navelstreng

Als de hartslag van de baby niet meer te voelen is in de navelstreng, kan die worden doorgeknipt. Als je borstvoeding wilt geven, leggen we de baby nu al aan je borst. Dit is een natuurlijk middel om je baarmoeder te laten samentrekken en om verder bloedverlies te voorkomen.

De placenta

Het wordt weer rustig in je buik. Omdat je geen weeën meer voelt, zou je bijna vergeten dat er nog een placenta komt. De baarmoeder trekt samen om de placenta los te maken en om te voorkomen dat je veel bloed verliest.

We geven bijna altijd standaard een oxytocine injectie om de baarmoeder te stimuleren de placenta los te laten. Daardoor verlies je ook minder bloed.

De verloskundige houdt de navelstreng gespannen om te controleren of de placenta los ligt. Als dat zo is, vraagt ze je om nog een keer mee te persen terwijl zij tegendruk op je buik geeft. Meestal komen dan de placenta, de navelstreng en de vliezen naar buiten. Dat is een beetje een raar gevoel maar dit doet niet echt pijn. De baarmoeder trekt samen en voelt als een harde bal onder de navel. Komt de placenta niet binnen een uur naar buiten? Dan moet je deze onder narcose laten verwijderen in het ziekenhuis.

Hechten?

Nadat de placenta is geboren, controleren we of we de vagina en het perineum mogelijk moeten hechten. Het inspecteren van de onderkant, daar heb je misschien geen zin in, maar dit is erg belangrijk!

Het hechten is een zeer secuur werkje omdat het belangrijk is dat je goed gehecht wordt. Een goed gehechte knip of scheur geneest beter en geeft veel minder klachten in de kraamtijd. Bovendien kan een slordig gehechte knip later voor problemen zorgen bij het vrijen.

Je krijgt verdoving van onderen, maar je zult er altijd iets van voelen. Als het echt pijn doet, moet je dat zeggen, want dan moeten we je iets meer verdoven. Het hechten duurt zo’n 15 tot 30 minuten omdat er heel wat aan elkaar gezet moet worden.

Bij een knip zijn zowel de vaginawand als de spierlaag van je bekkenbodem en natuurlijk de huid, doorgeknipt. Al deze lagen moeten  we één voor één weer netjes aan elkaar hechten.

Bij een scheurtje ligt het eraan wat er gescheurd is hoelang het hechten duurt. Soms gaat het maar om twee hechtingen om de huid net iets mooier tegen elkaar te laten vallen en zijn de onderliggende weefsels niet gescheurd. Dan is het natuurlijk zo klaar.

En nu?

De verloskundige is klaar met alle handelingen die ze moet verrichten. Nu is er tijd om te gaan genieten. Jullie kunnen even samen bijkomen. Als jullie willen, kun je nu je familie en vrienden bellen.

Verder kun je je kindje gaan voeden. De verloskundige is vaak nu even van de kamer en gaat het verslag schrijven. Daarna wordt je baby gewogen en nagekeken.

 

 

 

Veelgestelde vragen

& antwoorden van onze verloskundigen

Elke bevalling heeft een voorbereidende fase (tot ongeveer 3 cm ontsluiting), die een wisselende duur heeft. Bij een eerste kindje duurt de ontsluitingsfase in veel gevallen ongeveer 7-10 uur. Over het persen doe je ruim een uur. Bij een volgende zwangerschap verlopen de ontsluitingsfase en het persen vlotter.
Tijdens het opvangen van de weeën is het vooral van belang dat je je op je gemak en veilig voelt. Het is lastig vooraf te voorspellen welke manier van weeën opvangen het best bij je past. Op het moment zelf voel je het best aan welke houding prettig is; lopen, staan, hangen, zitten, onder de douche, in bad. Binnen onze praktijk zijn er veel positieve ervaringen met badbevallingen. Het warme water zorgt voor extra ontspanning en beïnvloedt het verloop van de bevalling in positieve zin. Doordat je ‘gewichtloos’ bent in het water ervaar je minder druk op het bekken en is het makkelijker om van houding te wisselen.
Ja, dat mag. Als de vliezen gebroken zijn en zonder weeën activiteit, kan het zo zijn dat de weeën ook nog een tijdje op zich laten wachten. In dit geval is het niet verstandig in bad te gaan, zo voorkom je eventuele infecties.
Als je behoefte hebt aan continue begeleiding van een personal coach, dan zou een Doula je hierbij kunnen helpen. Zij zijn ervoor opgeleid een vrouw te coachen tijdens de bevalling.
Je verloskundige begeleidt en ondersteunt je tijdens de bevalling. De verloskundige: houdt continu in de gaten hoe het met jou en de baby gaat houdt rekening met wat jij wilt, en wat eventueel besproken/vastgelegd is in het geboortewensplan. weet precies wat jij kunt doen om de pijn te verzachten vraagt regelmatig hoe het met je gaat moedigt je aan geeft jou en je partner aanwijzingen om de weeën goed op te vangen. vertelt hoever je bent beantwoordt al je vragen
Hoe verloopt een bevalling?

Mag ik bellen?

Telefoonnummer 0316-542541.

Toets 1 voor bevallingen en dringende vragen die niet kunnen wachten.

Toets 2 voor de assistente.

Niet dringende zaken

Niet dringende zaken zijn; het maken/verzetten van afspraken, of voor een pretecho, het informeren naar lab uitslagen of kleine vragen. De assistente is aanwezig op

E-mail

Mocht je niet dringende vragen hebben, waarbij je niet gelijk wilt bellen, dan mag je ons ook altijd mailen op info@geboortecentrumlinde.nl.

Dringende zaken / spoed

Voor spoed of twijfel je.. je mag ons dan altijd bellen! We zijn 24 uur per dag bereikbaar, 7 dagen per week. Bel dan 0316-542 541 en toets 1.

Wat te doen bij geen gehoor?

Probeer het dan na een aantal minuten nog een keer. Het kan natuurlijk zijn dat wij even in gesprek zijn. We proberen je altijd gelijk terug te bellen. Bij aanhoudend geen gehoor EN spoed. Dan mag je ‘Jouw verloskundige Velp’ bellen, dit is een andere praktijk in de regio. Zij zullen je helpen tot wij weer bereikbaar zijn: 026 20 60 033

Wanneer je in de zwangerschap moet bellen

Als je denkt dat de bevalling is begonnen